Arnhem Spookstad - Evacuatie na de Slag, 1944-'45

ARNHEM SPOOKSTAD


Hoofdstuk 5

Het gaat goed, het gaat niet goed!

,,'s Middags landden de parachutisten in Wolfheze. We renden naar boven om het vanuit het zolderraam beter te kunnen zien. Pappie, Ton en ik stonden te juichen: de Tommies komen. Maar mammie huilde. Zij zei: nu begint het pas.'' Dat vertelt de toen 11-jarige Leny Garretsen uit Oosterbeek. Haar moeder had een goede intuitie. Het dorp werd het brandpunt van de gevechten.

Tientallen gliders bleven achter op de landingsterreinen ten westen van Arnhem (Go2war2.nl) >

,,Al gauw werd overal geschoten. Pappie vond het beter dat we de kelder ingingen. Ik moest m'n nieuwe jurkje uit, waar ik 's morgens nog zo trots op was geweest; het had gele, groene, oranje en witte versierde streepjes, pofmouwen en een wit kraagje - ik heb het nooit meer teruggezien. Er kwam een warmer exemplaar voor in de plaats, dat nog kriebelde ook. Plotseling sloeg een anti-tankgranaat dwars door het huis, de ouderslaapkamer in, door mijn kast en bed en bij de buren door het dak er weer uit. Het schieten werd heftiger en opeens stond een Tommy in ons keldergat. We vroegen hem binnen te komen, maar hij zei dat hij zich bij zijn kameraden wilde voegen. Pappie bracht hem via de keuken naar de achtertuin en vertelde later dat hij niet ver was gekomen. Toen het te gevaarlijk werd besloten we naar de grote kelder van Hendriks aan de overkant te gaan. Ton en ik moesten slapen in een leeg aardappelhok, waarin een matras was gegooid. De bodem liep schuin en zodoende zakte je elke keer naar beneden.''

Een jongetje met koffie

Een van de Britse soldaten, glider-piloot P. Walford, had in Oosterbeek een gedenkwaardige ontmoeting. Hij vertelde in de jaren '60 zijn verhaal aan Philip van Gelderen, toen beiden dienst deden op het NAVO-hoofdkwartier in het Duitse Munchengladbach. ,,Ik had een schuttersput gegraven in de tuin van een kleine villa, waar geen levensteken te bespeuren was. We observeerden een veld dat mogelijk deel zou uitmaken van het landingsgebied voor de volgende ploeg. Tijdens een schietpauze sprong plotseling iemand in mijn put. Ik draaide me bliksemsnel om, de vinger aan de trekker, om de stengun zo nodig direct leeg te schieten op de binnendringer. Op hooguit een halve meter afstand stond... een klein Nederlands jongetje; ik schatte hem hooguit op een jaar of tien. In de ene hand had hij een kopje en in de andere een kan met koffie. Nooit heeft koffie mij beter gesmaakt. Daarna wilde het jochie verder, naar de volgende schuttersput. Ik hield hem echter bij me tot het wat veiliger leek en ongedeerd bereikten we samen de villa.''

In het centrum van Arnhem begonnen de Duitsers meteen met plunderen, zag Piet van Hooijdonk vanuit restaurant National. ,,Ze hadden het vooral gemunt op herenmode-, schoenen- en tabakszaken. Met de armen vol keerden ze terug. Ze stopten hun buit zelfs onder dekkleden van karren waarop gesneuvelden lagen.''

Brief van een ooggetuige

gasthuis < De sporen van de gevechtshandelingen bij het St. Elisabethsgasthuis werden door een Duitse fotograaf vastgelegd, nadat de geallieerden op de vlucht waren gejaagd (GeertBoogaard.nl).

Jouke Hoekstra, die verbonden was aan de Gemeentelijke Geneeskundige Dienst, zat vijf dagen in de frontlinie. Onmiddellijk na het bombardement van 17 september was hij opgeroepen en hij werd naar het St. Elisabeth Gasthuis gedirigeerd, dat diverse malen in andere handen overging. Zijn vrouw Jo bleef alleen achter in Alteveer, een hooggelegen wijk van Arnhem,waar een goed zicht bestond op de brandende stad. In een brief aan haar zoons Enno en Helmut in Enschede gaf ze een treffend beeld van haar ervaringen:

,,We zitten zonder gas, zonder electra en zonder water'', schreef ze op 18 september. ,,We hebben een ontzettend bombardement meegemaakt en velen lieten daarbij het leven. Ze hebben blijkbaar veel afweer kapot gegooid, want je hoort het bijna niet meer. Vader is gisteravond niet thuisgekomen en komt voorlopig ook niet thuis. Hij doet nu dienst in het E.G.. Dat zou vanmorgen in Engelsche handen zijn geweest. Zoo even passeerde een collega die beweerde dat het nu weer Duitsch was.''

Contact was onmogelijk. ,,Vader geprobeerd te bereiken, maar mis hoor. Om het Elisabeth Gasthuis werd op dat moment enorm gestreden'', meldde ze de volgende dag. Drie dagen later kwam een eind aan de onzekerheid. ,,Voor mij persoonlijk was ereen heerlijke ervaring. Vader stond plotseling voor mij. Hij was vreeslijk om te zien met dat vermoeide gezicht en een baard van zondagmorgen af. Vanmorgen ging hij naar het Gemeenteziekenhuis. Gelukkig is dat dichtbij en in het ergste geval kan ik misschien naar hem toe gaan.''

Stephanie Schönberger behoorde tot de eerste evacuees. ,,Rond vier uur werd er tegen de voordeur getrapt en geschoten toen er niet meteen open werd gedaan. Pa ging naar boven, met lood in de schoenen. Er stond een groepje Duitsers, zwaar bezopen. We moesten binnen een half uur wegwezen, anders gingen we er aan. We mochten nog wel even naar boven, kleren halen. En ik mocht even de tuin in om de konijnen en kippen los te laten. Met tranen in de ogen moesten we het kapitale pand verlaten en zagen we hoe de Duitsers, overmoedige jonge knullen, ons huis binnenstormden. We gingen naar Velp, waar onze vertegenwoordiger woonde.''

Koepelgevangenis

De bevrijding van de wijk Lombok werd 's avonds bewaarder Michels van de Koepelgevangenis fataal. Harry Craamer, die recht tegenover de ingang woonde, was er ooggetuige van. ,,Het was bijna acht uur toen de eerste bevrijders vanaf de Utrechtseweg de Wilhelminastraat opkwamen. De stilte werd verstoord door een enkel schot, gericht op de deur van de portiersloge. De deur ging open en een politieman verscheen, met de handen omhoog. Hij riep: 'One is dead'. Even later werd een levenloos lichaam naar buiten gedragen en met ontzetting herkend. Het was Michels. Die kenden we allemaal. We wisten dat hij vurig naar de vrijheid verlangde; hij had al een oranje vlag klaarliggen. Nu werd die over zijn lichaam gelegd en werd hij ter aarde besteld, binnen de muren van de gevangenis. De Tommy was nerveus geworden omdat hij achter het kleine glasvenster een pet had zien bewegen. Die was van de politieman die de bewakersmoest bewaken na de spectaculaire ontsnapping van Frits de Zwerver in mei. De kogel raakte Michels, die achter bezig was.''

Overal in Arnhem en wijde omgeving brachten mensen de volgende nachten in schuilkelders door. ,,We hoorden in de verte gejuich. Maar ook het rumoer van de oorlog kwam steeds dichterbij. De geruchten zwollen aan: het gaat goed, het gaat niet goed. We doken 's avonds met de overburen de kelder in en legden een zandzak op het keldergat, want er was voor gewaarschuwd dat Duitsers handgranaten naar binnen gooiden'', vertelt Albert Ravestein die in de Bremstraat woonde, bij het spoor. ,,In de kelder was het donker. De buurman stelde voor dat probleem op te lossen met accu's uit dieseltreinen. Daarna werd het fornuis aangestoken, eten gekookt en brood gebakken. Plotseling buiten een gekerm van jewelste. Aan de overkant van de straat lag een Duitse militair met een schotwond in zijn longen. Een patrouille legde hem meer dood dan levend voor op de motorkap. Het fluiten van granaten was eerst heel beklemmend, maar langzamerhand leerden we te bepalen waar ze zouden neerkomen.''

Afwisselend Engels en Duits

krijgsgevangen Britse soldaten van het 2nd South Staffords Mortar Platoon, krijgsgevangen gemaakt tijdens de gevechten bij het museum en het St. Elisabeths-gasthuis. (Bundesarchiv/Pegasus Archief) >

Op 18 september kregen de Duitsers versterking. Rond de Rijnbrug, in West-Arnhem en in de dorpen rond de landingsplaatsen werd steeds heftiger gevochten. ,,Er werd geschoten en dat kwam dichterbij; het was 's morgens kwart voor zeven'', zegt To Mijnlieff van de Hulkesteinseweg. ,,We zaten eerst in vaders kamer op de grond. Toen vlogen de eerste kogels door ons huis, vanaf een batterij aan de overkant van de Rijn. Na een tijdje was er ook tumult aan de voorkant van de weg; we zaten er tussen, er helemaal tussen. Afwisselend waren we Engels en dan weer Duits. Ons schuilkeldertje in de tuin was erop berekend om tijdens luchtalarm vier mensen drie tot vijf uur te herbergen. Wij brachten er vier dagen en nachten in door, met zes personen en bagage en eten en drinken en een po. Je kon je bijna niet verroeren. Als er iemand noodzakelijk even naar de ene hoek moest nam het bij elkaar drie kwartier in beslag voor alles weer gewoon zat. Het was er trouwens niet ongevaarlijk; in soldatenogen leek het namelijk een bunkertje. Meermalen hadden we opeens een Engelse geweerloop voor de deur. Dan gilde ik met een meisjesstem, die meer hielp dan vaders mannenstem, dat wij mensen uit het huis waren; dat dit een schuilkelder was. 'Oh, I'm sorry', was het dan en dan gingen ze weer weg. Maar zenuwachtige Duitsers hebben er een keer voor gestaan met een handgranaat in hun opgeheven hand. Het was doodeng.''

Het geluid van rupsbanden

,,We werden wakker door het geluid van rupsbanden'', herinnert zich Henk Berensen. ,,Voorzichtig door de gordijnen turend zagen we in het eerste morgenlicht een tank voorbijkomen; een Duitse! Even later sloop een groep Duitsers in camouflagepakkenrichting Kleine Oord. De desillusie was groot. Er klonk geweervuur en het geratel van mitrailleurs. Later op de dag mengde zich het geluid van kanonnen daartussen. Vanuit het raam aan de voorkant konden we zien dat de toren van de St. Eusebiuskerk kennelijk het doelwit was: na elk schot zag je onder de middelste omloop een wolk steengruis naar beneden vallen.''

Aan de Heijenoordseweg ontstond een gespannen situatie, vertelt Douwe van Wigcheren. ,,Een domme onderduiker, van wie wij niets wisten, had een handgranaat weggenomen van een gesneuvelde Brit. Toen een Duitse officier langs de huizen liep gooide hij het projectiel uit het raam van de eerste etage. Hij kende het gebruik echter niet en had de ontstekingspen laten zitten. De granaat rolde zonder te ontploffen voor de voeten van de officier. Die gaf onmiddellijk bevel dat alle bewoners van ongeveer tien huizen zich buiten in een rij moesten opstellen. Ze zouden worden gefusilleerd als de dader zich niet meldde. Gelukkig werd hij weggeroepen en daardoor konden de mensen vluchten naar de Hoogkamp.''

Vader kwam niet meer terug

John Kamevaar woonde aan de Nieuwe Kade. 's Middags installeerden zich daar Duitse militairen. ,,Ze begonnen met een mortier in de richting van de brug te schieten. De kogels sloegen in, ramen gingen kapot. Duitsers doorzochten ons huis en haalden alles overhoop. Wij zaten de meeste tijd in de kelder. Vlak voor het donker werd nog steeds volop geschoten. Vader wilde nog wat beddegoed naar beneden halen. Hij bleef lang weg en toen ben ik naar boven gegaan, om te zien waar hij bleef. Enkele SS'ers kwamen de trap af en riepen wat over terroristen en weggaan. Ik vond mijn vader in een slaapkamer met weggeschoten schedel dood op de grond liggen.''

Het slachtoffer, kapitein bij de Koninklijke Landmacht, was als beroepsofficier geinterneerd geweest in kamp Neu Brandenburg. In 1943 kwam hij vrij, omdat Hitler had bepaald dat krijgsgevangen ouders van gezinnen met meer dan acht kinderen naar huis mochten; hij had er negen. ,,Terug in Arnhem werd hij onder meer controleur van de zware arbeid bij de distributiedienst'', zegt John Kamevaar. ,,Zo kwam hij regelmatig op het vliegveld Deelen. 's Avonds ging hij dan thuis schetsen maken van wat hij gezien had en die speelde hij door aan de Ondergrondse. Nog voordat de Duitsers alle inwoners uit Arnhem verdreven zag ik kans om, samen met een vriend, zijn lichaam met een bakfiets uit huis te halen en tijdelijk op het kerkhof Onder de Linden in een massagraf bij te zetten.''

Hand in hand dood aangetroffen

Restaurant National kreeg 's avonds huiszoeking van Duitsers. ,,Zes Moffen kwamen de zaal binnengestapt'', vertelt Piet van Hooijdonk. ,,Ze beweerden dat er vanaf ons dak was geschoten. Als ze Engelsen zouden vinden ging de boel in brand en zouden ze enkele mannen doodschieten. Twee bleven ons bewaken, de rest ging de trap op. Ze hadden niets gevonden, zeiden ze toen ze vertrokken. Later misten we sieraden van moeder, waaronder een zilveren dubbeltjesarmband, en een portefeuille.''

,,In de buurt begonnen de Duitsers een kanon in te schieten'', zegt Douwe van Wigcheren. ,,Het geluid van ontploffende granaten kwam nader en nader. Zo werd onder meer een huis geraakt waar twee oude mensen toevlucht hadden gezocht. Ze zaten hand in hand op de divan de dingen af te wachten, werden zo gedood en later ook zo zittend, hand in hand, dood aangetroffen.''

,,Ik was een klein, zesjarig meisje en ik begreep het niet allemaal'', vertelt Bep Dikker. ,,Het schieten op straat was heel bedreigend. En ik werd echt heel bang toen ik hoorde dat een buurjongetje was doodgeschoten, alleen maar omdat hij voor het raam had staan kijken.''

Een doos wc-papier

De broer van Diny Kok was die dag thuisgekomen met een grote doos. ,,Hij vertelde dat de Duitsers de cooperatieve bakkerij aan de Rosendaalseweg haastig hadden verlaten. Er waren toen mensen naar binnen gegaan om te plunderen. Hij ging er op zoek naar voedsel, maar in de doos zat... wc-papier. 'Nu hebben we voor de hele oorlog genoeg', riepen we uit, en hij was meteen weer teruggegaan. Maar intussen waren de Duitsers teruggekomen en hadden ze een pantservuist naar binnen gegooid, tussen de menigte; hij zag dat een hersenpan tegen de muur geplakt zat. We waren blij dat hij weer veilig thuis was, maar onze juich- stemming was weg. We begrepen dat we nog niet bevrijd zouden worden, want we hoorden vrachtwagens rijden in de richting van het centrum. Ze zaten vol Duitse soldaten.''


Naar hoofdstuk 6. Op de vlucht voor het geweld

Terug naar Inhoud


Zie ook:

Het verhaal van een gesneuvelde soldaat: 'George heeft tenminste nog een naam' - René Parkes: 'Mijn broer wist dat hij zou sterven'. De soldaat van de South Staffords vond vermoedelijk de dood bij gevechten rond het St. Elisabethsgasthuis.


Aangepast zoeken

ANDRÉ HORLINGS OP INTERNET:
Arnhem Spookstad | Rees: De verzwegen deportatie | Kriegsgefangenenpost | Het drama van de SS Pavon
Artikelen en features | Krapulistische oprispingen | 100 jaar Apeldoornse Courant
Webcams: World Webcam Monitor > Unprotected webcams > Cruiseship cams > List of webcams and more
Media: Press > TV > Radio & video > Twitter and more
World: Atlas | Natural events | Weather > Climate change | Disasters > Earth's End
Various: Dutch Courage's Boeken | Guitar at Charles Bridge | Contact


© André Horlings

Make a free website with Yola